Door perfectie gedreven bewegingsonderzoek van Wachtende Mannetjes vraagt meer spanning


alt
‘Fluisteraar’ door Wachtende Mannetjes/Femke Monteny. Bijgewoond: 16 januari 2010 in Theater Lantaren/Venster. Nog te zien 21 januari in Groningen en 22 en 23 januari in Amsterdam.
 
Het is een opmerkelijk beeld dat Femke Monteny neerzet in haar nieuwe bewegingstheaterstuk ‘Fluisteraar’. Al bij binnenkomst van de zaal bewegen vier personen in zwarte arbeiderspakken in een merkwaardige patroon rond een U-vormige opstelling. Aangekomen bij het open stuk aan de voorkant wachten ze op een signaal. Daarop maken ze een draai, zakken door de knieën en zetten een marcherende ganzenpas in naar de overkant. Halverwege het traject draaien ze heel even het gelaat naar het publiek waarbij ze de blik schuin omhoog werpen. Aan de overkant gekomen lopen ze de U-opstelling rond om opnieuw de startpositie in te nemen. Deze lopende band beweging gaat hypnotiserend lang door, waarbij het verwrongen streeppatroon op de achterwand de hypnose van de marcheerpas versterkt.
De sfeer voert onmiskenbaar terug naar de jaren ’20 en ‘30 van de vorige eeuw: de nadagen van de stomme film, de revolutionaire belofte van de nieuwe collectieve mens en de nabloei van het expressionisme.
De lange ketting van repetitieve beweging stopt zodra er via een zwarte buis kauwgomballen komen aanrollen die in een speciaal daarvoor ingebouwd bakje in de U-opstelling ploffen: schafttijd. De vier personen rijgen zich aaneen en gaan zitten op het achterstuk. Collectief wordt de lunch genuttigd. Vervolgens gaan ze weer aan de slag met dezelfde eindeloze repeteerbeweging.
Deze cyclus van arbeid en lunch wordt een aantal keren doorlopen waarbij er sluipenderwijs een toenemende ontregeling plaats vindt. Vervolgens blijkt één van de arbeiders, het meisje met de vlecht, niet helemaal in het patroon te passen. De drie anderen raken eveneens licht ontregeld totdat het meisje van hogerhand wordt uitgesloten: ze mag niet meer starten voor de oversteek in ganzenpas. Daardoor ontregelt de hele cyclus waarbij ze uiteindelijk als slachtoffer in een wreed proces belandt: het meisje wordt gevonnist waarbij een sadistische beschrijving wordt gegeven hoe ze zal worden geëxecuteerd. Indringend schreeuwend wordt ze afgevoerd: een indrukwekkende expressionistische ontzetting. Tenslotte gaan de overgebleven arbeiders gewoon weer aan de slag, alsof er niets gebeurd is. Einde stuk.
De inhoud van deze technisch welhaast perfecte bewegingsstudie is geïnspireerd op het boek ‘De Fluisteraars’ van de Britse historicus Orlando Figes. Dit boek behandelt de verhoudingen tussen de gewone burgers in het ‘arbeidersparadijs’ tijdens de Stalin terreur in de jaren ‘30.  Om dit thema te visualiseren brengt Monteny expressionistisch beelden uit theater, film, literatuur en schilderkunst van die tijd in stelling, gekruid met een flinke dosis Kafka. Met de uitstekend presterende performers staat het beeld technisch dan ook als een huis.
Toch ontbreekt er voor de toeschouwer uiteindelijk een bepaalde spanning in de voorstelling. Deze is te wijten aan de te vlakke verwerking van het thema: de terreur van het collectivisme tegenover het individu wordt, hoe knap ook, te gemakkelijk verbeeld. In de geest van een belangrijke cultuurtheoreticus uit die tijd, Theodor Adorno: er moet beter naar een interne spanning van het gebaar en de beelden gezocht worden om de zeggingskracht voor het publiek te verhogen. Maar voor een theatermaker die haar technische uitdrukkingskracht zo beheerst moet dit een kleine stap zijn. Aanleiding genoeg om het door perfectie gedreven onderzoek van de Wachtende Mannetjes in de toekomst te volgen.

HANS VAN DAM

 

speellijst op www.wachtendemannetjes.nl